'Je zal wel geen verantwoordelijkheid nemen of andere onderliggende problemen hebben.'

Vooroordeel

Als je er een zooitje van maakt en daar geen verantwoordelijkheid voor neemt, dan is het eigen schuld dikke bult.
Vraag om hulp als je het niet meer weet, anders is het je eigen verantwoordelijkheid
Het is nou eenmaal gebeurd en fout gegaan. Dat is heel menselijk en daar moet je niet op veroordeeld worden.

Wat vind jij?

Wat hebben Richard, Natalie en Marcel gedaan om dakloosheid te voorkomen of uit een niet gewilde situatie te komen?

MARCEL

“Tweeënhalf jaar geleden heb ik mijn huis verkocht, omdat ik richting de schuldsanering ging. Dat had niet mijn voorkeur. Ik heb twee grote schuldeisers: de Belastingdienst en het UWV. Ik ben in onderhandeling gegaan om een betalingsregeling te treffen. De UWV ging snel akkoord, de Belastingdienst gooide de hakken in het zand. Ze wilden het aflossen uitsmeren over 30 – 35 jaar. Dat vond ik een uitzichtloze situatie. Dan ben ik straks 80 jaar en ben ik nog steeds bezig. Dus besloot ik de schuldsanering in te gaan.”

“Het geeft druk. Het is een stukje onzekerheid waarvan je nog niet weet of het goed komt. Je moet alles weer inpakken, verhuizen en opbouwen. Dat levert spanning op. Het vooruitzicht van een aantal jaar ergens kunnen blijven zou al rust geven. Het betekent dat ik in die periode mijn schuldsaneringstraject kan afwikkelen. Hopelijk is dat al over drie jaar. Dan ben ik er nog niet, want je staat 5 jaar BKR geregistreerd, dus ik kan niks lenen, maar ik zie dan wel weer wat mijn opties zijn.”

Richard

Het bank hoppen heb ik anderhalve maand volgehouden, maar op een gegeven moment ben je nergens meer welkom. Begrijpelijk natuurlijk. Voor een woning was ik op wachtlijsten geplaatst. Ik had mijn auto dus ben ik daar in gaan leven. Dat heb ik een week gedaan, maar het ging niet goed met me. Ik ben naar de woningbouw in Sterrenburg gereden, heb mijn auto geparkeerd en ben met mijn toilettas naar binnen gelopen om me in de WC op te frissen. Dat heb ik drie dagen gedaan en toen gingen ze vragen stellen. Toen ik vertelde dat ik in mijn auto op hun parkeerplaats woonde, kon ik wonder boven wonder binnen een paar dagen terecht in een short stay facility in Wielwijk.

Die periode was puur overleven. Je hebt nooit je eigen plek. Je moet je altijd schikken naar anderen. Mijn sociale leven was daardoor kapot. Ik schaamde me voor de situatie waarin ik zat waardoor ik vrienden niet meer bezocht. Ik herken dat nu ook bij cliënten waar ik mee werk. Je durft er gewoon niet voor uit te komen dat je in de short stay zit. Als vrijwilliger bij het Leger heb ik mensen gezien die daar niet thuishoren. Die de zaakjes redelijk goed op orde hebben, maar door een paar domme keuzes hun huis zijn kwijtgeraakt. Als je op een gegeven moment financiële wantoestanden krijgt en je kop in het zand steekt door vluchtgedrag te vertonen dan zijn er drie opties: flight, fight or freeze. Velen verstijven, maar je bereikt er niets mee. De ellende wordt alleen maar groter. Zelf koos ik voor fight, maar belandde toch op straat. Thuis blijven betekende iedere dag ruzie met 2 kinderen thuis. Ik heb dat als kind meegemaakt, dat wilde ik mijn kinderen niet aandoen. Haar met de kinderen eruit zetten, kon ook niet dus voor mij was de beste keuze weggaan.

Ik leerde uiteindelijk mijn nieuwe vrouw kennen en we zijn gaan samenwonen. Ik ben verhuisd, want de flat was te klein om met het hele gezin te wonen. Ook met mijn nieuwe vrouw kreeg ik conflicten. Ondanks de pijn na een ongeluk in 2008 bleef ik werken om te vluchten van huis. Haar drankprobleem zorgde voor regelmatige escalaties. In 2009 zijn mijn kinderen weer bij mijn eerste vrouw gaan wonen in Amersfoort, omdat bij ons de situatie onhoudbaar werd. Zij woonde inmiddels samen met een multimiljonair. Uiteindelijk knapte mijn relatie en in 2010 heb ik een overdosis Ritalin genomen, omdat ik geen uitweg meer zag. Tot grote verbazing van de artsen heb ik het overleefd. Gelukkig hadden mijn tweede vrouw en ik een vakantiehuisje in Dorst dus ben ik daarheen gegaan. Anders had ik voor een leven op straat gekozen. Als je eenmaal op straat hebt gewoond, weet je de plekjes te vinden. Terugkeren is dan makkelijk. Na 2 maanden vroeg ze een echtscheiding aan en ben ik teruggegaan naar huis om mijn eigen zekerheid te regelen. Door het ongeluk had ik erg veel last fysiek en ik kwam in de ziektewet. Ik huurde een huis van een vriend van mij dat verkocht moest worden. Ineens was dat verkocht en ik had iets meer dan een maand om eruit te gaan. Stond ik weer bijna op straat. Gelukkig kende ik via mijn vrijwilligerswerk mensen bij het Leger des Heils en die zouden me helpen in nood. Intussen had ik me weer ingeschreven en de dag voor Kerst kreeg ik bericht van de woningbouw dat er plek was. Ik kwam in het Walhalla terecht.

Natalie

Het voordeel voor mij was dat ik bij mijn moeder terecht kon. Ik hoefde dus niet op straat te leven, maar het voelde wel als een stap terug en een onzekere tijd. Ik wist niet tot wanneer ik bij mijn moeder zou blijven en of ik überhaupt een huis zou kunnen vinden. Hoe moest ik dat bekostigen? Dat waren dingen waar ik heel erg angstig van werd op dat moment. Mijn zoon zou bij mij intrekken, maar zonder adres kon ik hem niet inschrijven waardoor ik dingen terug moest betalen zoals kindgebonden budget. De kosten stegen. Ik kreeg geen huurtoeslag, mijn ex wilde geen partneralimentatie betalen. Ik had heel weinig en het voelde alsof ik iedere keer achter het net viste. Elke keer moest ik weer iets inleveren. Ik werd gedwongen meer te gaan werken om te compenseren dat ik geen gezamenlijk inkomen meer had. 

Ik heb aangeklopt bij het sociaal wijkteam. Die hebben met mij en mijn ex gesproken, maar daar kwam niet veel uit. Vanaf daar hebben ze aangeboden om naar de Werkshop te gaan in Wielwijk om extra werk te zoeken. Uiteindelijk heb ik een baan via hun gevonden en een andere baan via mijn huidige werk. Ik heb tijdelijk drie banen gehad in de vakantie. Daar ben ik mee gestopt. Ik stond mentaal echt nog niet sterk in mijn schoenen. Ik had zoveel stress in mijn leven dat toen die tijdelijke banen stopten, ik opgelucht was. Ik moest even bijkomen, alles laten bezinken en mijn stabiliteit terugkrijgen. Mijn leven op orde krijgen. Daarna heb ik niet gezocht naar een andere extra baan. Ik zoiets van: ‘laat mij maar even met rust.

Wat is nu jouw perspectief?

Als je er een zooitje van maakt en daar geen verantwoordelijkheid voor neemt, dan is het eigen schuld dikke bult.
Vraag om hulp als je het niet meer weet, anders is het je eigen verantwoordelijkheid
Het is nou eenmaal gebeurd en fout gegaan. Dat is heel menselijk en daar moet je niet op veroordeeld worden.

Hoe ziet het sociaal wijkteam dit?

Uitkering trekken klinkt slecht, maar zo wordt het in de volksmond helaas vaak genoemd. Ik denk dat mensen over het algemeen niet hun handje willen ophouden, maar niet zien wat er nog mogelijk is. Hoe je je leven anders zou kunnen inrichten. Als je opgroeit in bepaalde systemen is het heel moeilijk om daar uit te kunnen komen.

 Wat je kent, is veilig. Dus ook thuiszitten. De angst voor werk kan heel groot zijn, maar als je kleine stapjes zet, bij wijze van een dagdeel in de week ergens koffie drinken, kunnen dat al hele kleine veranderingen zijn.

Het is gewoon gezond om te proberen iets te doen als je dat kan. Hard werken loont, gaat alleen niet altijd meer op. Als jij kan investeren dan ben je spekkoper. Dan heb je vaak wel al iets nodig, vanuit je achtergrond, geld of bezit, dat geeft voordelen. Als je geen bezit hebt dan ben je afhankelijk van het zorgnetwerk; het vangnet van de verzorgingsstaat van vroeger.

Je kan het in een cirkeltje zetten. Het houdt elkaar in stand. Wij schrijven soms een beschikking uit voor WMO- jongeren. Daarmee zeg je al dat de jongere kwetsbaar is en begeleiding nodig heeft binnen bijvoorbeeld een beschermde woonvorm. Daar zijn de wachtlijsten al maanden zo niet jaren. Dan heb je nog de jongeren die bank hoppen of de binnenvaart in gaan zodat ze onderdak hebben en wat centjes. Ondertussen hebben ze geen postadres of briefadres, waardoor ze voor de overheid van de radar verdwijnen en geen aanspraak meer kunnen maken op sociale rechten. Hier bij het wijkteam komt ook een shit load aan post binnen. In dat geval komen jongeren hiernaartoe voor post, gaan ze ergens anders heen om te slapen, moeten ze weer ergens anders werken. Deze jongeren zijn rond de 20 jaar. Al kom je uit een redelijk goed nest, ik weet niet of iemand het zou trekken om op zoveel gebieden ballen hoog te moeten houden.

Er wordt vaak beleid gemaakt op de excessen, de 'uitkeringstrekker', terwijl het overgrote deel er niet zo bij zit. Moet je dan beleid gaan maken voor die excessen, of moeten we juist voor die "goede" mensen iets gaan inrichten? Waardoor de uitkeringtrekkers denken: Hey, is eigenlijk niet zo voordelig wat ik aan het doen ben. Niet focussen op degene die niet goed gaan, maar de groep die echt graag wil maar eigenlijk vast zit.

Het huizentekort is probleem nummer 1. Eerder als iemand actief ging reageren op Kamernet of Woonkeus, had je wel binnen een aantal maanden iets. Nu zijn er jongeren die een jaar lang dagelijks op dingen reageren en niks kunnen vinden. Het aanbod is er gewoon niet. Dat versterkt ook andere problemen. Soms komen hier jongeren binnen waarbij het wiebelig is in de thuissituatie. Ze zijn bereid actief te zoeken, maar dan komt er een kantelpunt waarop ze echt dakloos zijn en raken ze in paniek. Ze kunnen niet helder nadenken, krijgen sneller ruzie met mensen en ook dat heeft weer gevolgen. Als iemand dakloos wordt en stress heeft over waar je kan slapen, hoe je alles moet betalen, dan ga je ook op andere gebieden niet goed meer functioneren. Je ziet ze dan echt afglijden.